De Solidariteitsgroep is lid van Western Sahara Resource Watch
Stop EU visserij in de Westelijke Sahara
Over de Westelijke Sahara
Ten oosten van de toeristische stranden van de Canarische Eilanden leven 165.000 vluchtelingen in de Algerijnse hamada. De temperaturen in het gebied variëren van verschroeiend in de zomer tot vriezend in de winter, water is er schaars, toegang tot de buitenwereld is moeilijk. Toch worden de Sahrawi al meer dan 30 jaar gedwongen om hier te leven. De strijd om terug te keren naar hun thuisland, waar ze hun eigen toekomst kunnen bepalen, geven ze echter niet op.
Op 31 oktober 1975 vielen Mauritanië en Marokko de Westelijke Sahara binnen, terwijl Spanje (de voormalige kolonisator) de ogen afwendde. De Sahrawi werden met geweld en napalmbombardementen uit hun huizen gedreven. De meesten vluchtten naar de Algerijnse woestijn.
Mauritanië trok zich in 1979 terug, maar Marokko bleef. Het Sahrawi volk riep zijn republiek in ballingschap uit, die ondertussen door meer dan 90 staten erkend wordt. Toch weigert de wereld het internationaal recht te handhaven en de bezetting van de Westelijke Sahara tot een eind te brengen.
De Sahrawi bevrijdingsbeweging, gekend als het Polisario Front, bevocht Marokko gedurende 16 jaar, en kon een klein deel van het land terugwinnen. Als antwoord begon Marokko begin jaren ’80 met de constructie van een 1800 kilometer-lange muur, die zwaar verstevigd is en door mijnenvelden omgeven wordt. Deze muur scheidt de Sahrawi vluchtelingen van hun familieleden die achterbleven in de bezette gebieden. In 1991 kon de Verenigde Naties een wapenstilstand onderhandelen, en verbond ze zich tot de organisatie van een referendum waarin de Sahrawi zich zouden kunnen uitspreken over de toekomst van hun land. Maar 18 jaar later wachten zij nog steeds op de uitoefening van hun zelfbeschikkingsrecht.
Ondanks het Arrest van het Internationaal Hof van Justitie, dat het Sahrawi recht op zelfbeschikking bevestigd, is het politieke proces gestagneerd. Marokko weigert de organisatie van een referendum, en de Westerse machten keerden de Westelijke Sahara de rug toe.
Stemmen in de woestijnTienduizenden Sahrawi leven nog steeds onder de Marokkaanse bezetting in de Westelijke Sahara. Hun levens en activiteiten worden sterk beknot door een hard veiligheidsregime.
De Sahrawi vlag is verbannen en zich uitspreken voor onafhankelijkheid is verboden. Oproepen tot respect voor de mensenrechten is een voldoende reden voor de Marokkaanse veiligheidsdiensten om organisaties op te doeken en hun leiders gevangen te zetten. Niettemin laten de Sahrawi zich de mond niet snoeren.
Meer dan 500 Sahrawi zijn nog steeds ‘verdwenen’ in Marokkaanse hechtenis, mogelijk overleven zij als politieke gevangenen. Van velen werd al ruim 30 jaar niets meer vernomen. Familieleden, die betogen of campagne voeren om het lot van hun geliefden opgehelderd te zien, worden vaak zelf gearresteerd, gefolterd en opgesloten.
Sahrawi werknemers ondergaan een grotere uitbuiting dan de Marokkaanse kolonisten. Zij die opkomen voor onafhankelijke vakbonden worden gewelddadig mishandeld.
De vreedzame betogingen die begonnen in de zomer van 2005 leidden tot harde repressie en een opstand in de bezette gebieden. Betogers werden in grote getale gearresteerd, sommigen kregen gevangenisstraffen van meer dan 10 jaar.
Tot vandaag zetten de Sahrawi hun vreedzaam burgerverzet verder, in de hoop dat de wereld eindelijk zal luisteren.
Afrika's laatste kolonie
Sinds 1975 wordt drie kwart van de Westelijke Sahara bezet door Marokko. Een groot deel van de oorspronkelijke bevolking leeft vandaag nog steeds in vluchtelingenkampen in Algerije. Zij die in het thuisland achterbleven worden door de Marokkaanse bezetters onderworpen aan ernstige mensenrechtenschendingen. Al meer dan 40 jaar wachten de Saharawi op de uitoefening van hun legitiem recht op zelfbeschikking.
Bij ons weten het eerste collectieve werk over de juridische aspecten van het conflict omtrent de Westelijke Sahara. Beschikbaar in het Engels en Frans. Bestel het hier.